De incidentie van jeuk in de Nederlandse huisartsenpraktijk bedraagt 27 per 1000 patiënten per jaar. Jeuk kan worden veroorzaakt door lichte mechanische prikkeling of door het vrijkomen van biochemische stoffen als histamine. Psychologische factoren als stress, angst en spanning kunnen de jeuksensatie negatief beïnvloeden.
Jeuk is een van de meestvoorkomende symptomen bij huidziekten, met name bij eczemateuze aandoeningen, xerosis cutis, urticaria en dermatomycosen. Daarnaast kunnen jeukklachten optreden na insectenbeten, waarbij voornamelijk lokaal vrijkomende cytokines de jeuk genereren.
Onderliggende systemische aandoeningen en jeuk als bijwerking van geneesmiddelen veroorzaken minder jeukklachten. Denk hieraan bij gegeneraliseerde jeuk zonder huidafwijkingen. Om onderliggende aandoeningen te exploreren kan het woord HUIDPASTA worden gebruikt [tabel].
Jeuk tijdens de zwangerschap komt voor bij circa 50% van de vrouwen in het derde semester en berust meestal op cholestase. Daarnaast kunnen tijdens de zwangerschap typische huidaandoeningen voorkomen die jeukklachten geven, zoals atopisch eczeem, PUPPP (Pruritic Urticarial Papules and Plaques of Pregnancy) en herpes gestationis.
Bij jeukende huidziekten kan worden volstaan met non-invasieve causale behandeling in de eerste lijn. Jeuk, als symptoom bij een huidaandoening, zal verdwijnen bij een adequate behandeling van de dermatose. De huisarts kan starten met symptomatische behandeling met bijvoorbeeld mentholpoeder of koelzalf. Soms kunnen orale antihistaminica of lokale anti-inflammatoire middelen (corticosteroïdencrèmes) uitkomst bieden. Bij ernstige urticariële jeuk kan de huisarts kortdurend prednisolon oraal overwegen. Bij een onderliggende systemische aandoening dient deze primair behandeld te worden. Staken van medicatie die jeukklachten geeft heeft de voorkeur boven symptoombestrijding. In het geval van therapieresistente jeuk of vermoeden van onderliggend lijden kan verwijzing naar de tweede lijn geïndiceerd zijn (dermatoloog/internist).