Ruim duizend huisartsen deden aan het onderzoek van het NIVEL mee, zij kregen via sms regelmatig de vraag wat zij aan het doen waren. Op die manier kregen de onderzoekers inzicht in de werktijden en zij koppelden deze gegevens aan CBS-data om de relatie met de bevolkingsdichtheid en -krimp te bepalen. Het onderzoek werd uitgevoerd in de periode van 2012 tot 2014.
Een mogelijke oorzaak voor het steeds moeilijker vinden van opvolgers in de perifere regio’s van ons land is, zo stellen de onderzoekers, het feit dat in deze praktijken de werkbelasting zwaarder is. Dit zou te maken kunnen hebben met reistijden, de door de populatie verlangde beschikbaarheid en de krimp van deze regio’s waardoor een vergrijsde, hulpbehoevende groep met weinig mantelzorgers achterblijft. Deze aanname blijkt echter niet te kloppen.
Dokters op het platteland maken wat meer uren in de week (gemiddeld 3,5 uur meer, oftewel 6% waarvan 2,6 uur direct patiëntencontact), maar zij hebben ook meer ingeschreven patiënten (gemiddeld 231, 9%). Er is daarmee een kleine maar significante relatie tussen urbanisatiegraad, praktijkgrootte en werkweek. Wonen in een krimpregio heeft in dit onderzoek geen relatie met de werkbelasting. De belangrijkste voorspeller voor de werkbelasting is de praktijkvorm, waarbij solisten meer uren maken dan hun collega’s in groepspraktijken.
De conclusie is dat er geen objectieve redenen zijn om praktijken op het platteland te mijden in verband met werkdruk. Wie de werktijd wil beperken, moet vooral in een groter verband samenwerken.
Literatuur
- Van Hassel D, et al. Assessing the variation in workload among general practitioners in urban and rural areas: an analysis based on SMS time sampling data. Int J Health Plann Manage 2018 Sep 20. DOI: 10.1002/hpm.2663 [Epub ahead of print].